Krachtige taal is iets anders dan krachtig bestuur

Zondag, 17 januari 2016

Het was een beeld dat me aan de kinderjaren deed denken. Je had als kind wel eens iets stoms gedaan of gezegd tegen een buurman of een tante, en dan moest je van je ouders je excuses aanbieden. Gestamel, rood hoofd, en dan na afloop de bemoedigende opmerking van pa of ma ‘Zie je nou, zo moeilijk was dat niet’. Dat laatste ontbrak toen minister Van der Steur voor de camera’s zijn excuses aanbood aan patholoog-anatoom George Maat, maar verder waren de verschillen klein.

Je vraagt je toch af hoe een bewindsman met jarenlange politieke ervaring er keer op keer in slaagt zich in dergelijke gênante situaties te manoeuvreren. Eerst hadden we de foto van Volkert van der Graaf waarover de minister flink van leer trok. Toen moest hij erkennen dat het toch ietsje anders zat, en een paar dagen later bleek dat het nóg weer heel anders zat. Gevolg: een lastig Kamerdebat.

Daarna de Teeven-deal, waarbij de minister opnieuw dingen zei die later niet bleken te kloppen. Sterker: de minister had er toen hij nog Kamerlid was zelf aan meegewerkt (bij het opstellen van een persbericht van het ministerie) om informatie naar buiten te brengen die niet klopte. Maar ja, hij kon zich zijn rol daarbij ‘niet meer precies herinneren’. De gave van een slecht geheugen heeft al vele carrières gered. Wéér een lastig Kamerdebat.

En vervolgens het ontslag van patholoog-anatoom Maat, wiens vertonen van (geanonimiseerde) beelden van MH17-slachtoffers volgens de minister ‘ongepast en smakeloos’ was. Een politie-onderzoek naar de gang van zaken werd eerst helemaal niet openbaar, vervolgens grotendeels zwartgelakt en dus onbruikbaar openbaar, vervolgens vertrouwelijk voor Kamerleden openbaar en uiteindelijk helemaal openbaar toen Maat het hele stuk van zestig kantjes kon overschrijven. En wat was er nou zo vreselijk geheim? Dat uit dat onderzoek blijkt dat het allemaal heel anders zat met het vertonen van die foto’s en dat de minister Maat helemaal niet had mogen ontslaan.

De minister van Justitie, de eerste hoeder van de rechtsstaat, heeft er dus alles aan proberen te doen om te voorkomen dat zijn fout aan het licht zou komen, ook als dat betekende dat iemands carrière beschadigd raakte. Netjes gezegd: een kwalijke zaak.

We zullen komende week opnieuw zien hoe de minister zich in het volgende lastige Kamerdebat over de kwestie in allerlei kronkels moet buigen om recht te praten wat krom is. Voor z’n hachje hoeft hij op korte termijn niet te vrezen. Zelfs als het weer tot een motie van afkeuring komt, zal die niet door de coalitiepartners worden gesteund. Nóg een keer een bewindsman verspelen kan het kabinet zich niet veroorloven; bovendien zullen er zo langzamerhand niet meer zoveel VVD’ers staan te trappelen om de eventuele vacature op te vullen.

Maar als in een volgend kabinet de VVD opnieuw meedoet en opnieuw Veiligheid en Justitie krijgt – allebei niet uit te sluiten – dan zet ik m’n geld niet op Van der Steur als de nieuwe minister. Begin jaren tachtig hebben we ook al eens zo’n situatie gehad, met een krachteloze minister van Verkeer die geheel werd overvleugeld door zijn gehaaide staatssecretaris: het duo Tuijnman en (toen nog) Smit-Kroes. Het zou zo maar weer kunnen gebeuren.






Maurits van den Toorn
Journalist en redacteur


Meest recente blogs



Meest recente foto's



Meest recente publicaties