Het hoge woord eruit: steekpenningen

Maandag, 5 september 2016

Hadden we dit jaar uiteindelijk toch nog één interessante avond Zomergasten, met onze premier nog wel. Niet flauw zijn: hij deed het goed met een (waarschijnlijk zorgvuldig afgewogen) mengeling van betrokken en afstandelijk, ratio en emotie. Uiteraard barstte de kritiek direct los, maar wat hadden de critici dan verwacht? Iemand die premier én partijleider én lijsttrekker is, staat een half jaar voor de komende verkiezingen 24 uur per dag in de verkiezingsmodus.

Veel nieuws hoef je van zo’n avond dan ook niet te verwachten. Het leverde een reeks redelijk interessante fragmenten op (ik heb wel eens minder boeiende keuzes langs zien komen) die – ook hier weer de verkiezingsmodus – een zorgvuldige mengeling waren van high culture (Bach, Horowitz) en low culture (De Toppers en, vooruit, Fred Oster met z’n Wiekent-kwis). Mark Rutte is ook maar een gewone jongen, aldus de boodschap – maar wie keek er indertijd niet naar, met nog maar twee tv-netten?

Toch zat er voor de fijnproevers nog wel een aardig nieuwtje in het optreden van de premier. Tegen het einde van de avond kwam een fragment langs uit de dramaserie rond de Lockheed-affaire met een (uiteraard fictief) gesprek tussen Den Uyl en Koningin Juliana. Het interessante zat ’m erin dat Rutte vooraf als uitleg aan de jongere kijkertjes – het is immers alweer veertig jaar geleden – even snel uitlegde hoe het zat: Prins Bernhard had steekpenningen aangenomen van vliegtuigfabrikant Lockheed.

Dat was nou eens aardig: veertig jaar lang is er van overheidswege omfloerst omheen gepraat en zoveel mogelijk onder het tapijt geschoven. Er was immers geen bewijs voor gevonden. De prins had zich slechts – we citeren het rapport van de Commissie van Drie uit 1976 – ‘veel te lichtvaardig begeven in transacties, die de indruk moesten wekken dat hij gevoelig was voor gunsten en dat hij zich toegankelijk had getoond voor onoorbare aanbiedingen’. Wat die gunsten en onoorbare aanbiedingen precies waren geweest, en of de prins ze had aangenomen, was volgens de commissie niet te bewijzen. Dat is sindsdien dan ook het beleid van de regering gebleven, al wist iedereen donders goed waar het om ging.

En nu veegde de premier veertig jaar fluisteren en toedekken in één keer de prullenbak in. Wám! In het tijdschrift De Republikein vertelde de huidige ombudsman van NRC Handelsblad Sjoerd de Jong eind vorig jaar hoe zijn krant in het verleden meerdere malen door de RVD op de vingers was getikt toen er iets te vrijelijk was beweerd of zelfs maar gesuggereerd dat ‘de prins’ geld zou hebben aangenomen, met als gevolg rectificatie. Zou de premier zichzelf nu in opdracht van zijn eigen RVD ook moeten gaan rectificeren?




Maurits van den Toorn
Journalist en redacteur


Meest recente blogs



Meest recente foto's



Meest recente publicaties